Interview met Huubje


๐Ÿฆ” Interview met Huubje: “Ik ben niet nors, ik ben efficiënt ongezellig.”

De egel die liever niks zegt, maar het dan tóch doet… met gevolgen.


“Ze zeiden: ‘Huubje, lach eens.’
Ik zei: ‘Waarom? Er is toch niemand die dat verdient?’”


๐Ÿ’จ Vraag 1: Huubje, bedankt dat je tijd wilde maken voor dit interview.

Huubje:
Ik wilde dat niet. Ik zat. Jij kwam. Nu praat ik.
En ik haat alles daartussen.


๐Ÿ‚ Vraag 2: Hoe voel je je vandaag?

Huubje:
Alsof ik net wakker ben in een wereld vol mensen.
Dus slecht.


๐Ÿง€ Vraag 3: Wat heb je ontbeten?

Huubje:
Een stuk kaas dat van de grond viel.
De grond smaakt beter dan gezelschap.


๐Ÿ’จ [Een licht rommelend geluid]

Journalist: “Eh… wat was dat?”
Huubje:
Een statement.
Het behang heeft er meer van begrepen dan jij.


๐ŸŒง๏ธ Vraag 4: Wat vind je van sociale contacten?

Huubje:
Overrated.
Je praat, je luistert, je verliest hersencellen.


๐Ÿฆด Vraag 5: En van liefde?

Huubje:
Is dat dat ding waar je maagpijn van krijgt en al je rust kwijtraakt?
Nee bedankt, ik heb al darmproblemen.


๐Ÿช„ Vraag 6: Wat vind je van Luma?

Huubje:
Te luid. Te lichtgevend. Te levend.
Ik heb haar ooit een waarschuwing gegeven.
Zij noemde het “een wind van verandering”.


๐Ÿง™‍โ™€๏ธ Vraag 7: En Moira?

Huubje:
Te veel kruiden. Altijd iets aan het roeren.
Ze heeft ooit geprobeerd mijn humeur te genezen met kamillethee.
Nu drink ik alleen nog regenwater uit een plas.


๐Ÿง› Vraag 8: En Vladje?

Huubje:
Die begrijp ik.
Hij ruikt naar wanhoop, net als ik.
Maar hij praat te veel over wijn en dood. Ik hou het liever simpel: slapen en stinken.


๐Ÿ  Vraag 9: Hoe ziet een perfecte dag eruit voor jou?

Huubje:
Niemand belt. Niemand praat. Niemand ademt te dicht bij me.
Misschien een snack. En een dutje.
Of twee.


๐Ÿพ Vraag 10: Heb je hobby’s?

Huubje:
Ja. Mensen vermijden. Dingen aankijken tot ze verdwijnen.
En soms knagen aan stopcontacten.


๐Ÿ’จ [Weer een zacht sissend geluid]

Journalist: “Dat was er weer één.”
Huubje:
Nee hoor. Dat was m’n enthousiasme dat ontsnapte.


๐Ÿ•ณ๏ธ Vraag 11: Wat doe je als iemand je knuffelt?

Huubje:
Ik beschouw dat als een aanval.
En ik heb stekels. Dat zegt genoeg.


๐Ÿ’ญ Vraag 12: Wat vind je van feestdagen?

Huubje:
Meer lawaai. Meer mensen. Meer geur van andermans eten.
Klinkt als marteling met lichtjes.


๐Ÿ”ฅ Vraag 13: Wat was je grootste avontuur ooit?

Huubje:
Toen ik per ongeluk m’n stekel in een stopcontact stak.
Het gaf me perspectief. En een nieuwe haardos.


๐Ÿงน Vraag 14: Wat vind je van opruimen?

Huubje:
Ik noem dat sabotage van natuurlijke chaos.
Mijn hoekje ruikt naar vrijheid.


๐ŸŒœ Vraag 15: Waar droom je van?

Huubje:
Dat iedereen even stil is.
Tien minuten.
Gewoon… stilte.
En misschien een boterham.


๐Ÿฆ” Vraag 16: Wat zou je doen als je wereldberoemd werd?

Huubje:
Verhuizen.
Naar een grot zonder wifi en met slechte luchtcirculatie.


๐Ÿ•ฏ๏ธ Vraag 17: Wat is je levensmotto?

Huubje:
Adem in.
Adem uit.
Zucht diep.
Herhaal tot ze weggaan.


๐Ÿ’จ [Een luide ‘plop’]

Journalist: “Oké, dat was zeker geen zucht.”
Huubje:
Jawel. Een zucht met impact.


๐Ÿง€ Vraag 18: Heb je vijanden?

Huubje:
Ja.
De stofzuiger.
En mensen die zeggen: ‘Wat ruik ik toch?’


๐Ÿชฆ Vraag 19: Wat vind je van interviews?

Huubje:
Lang.
Onnodig.
En ik heb er nu spijt van.


๐Ÿพ Vraag 20: Laatste vraag, Huubje. Wat wil je dat mensen van je leren?

Huubje:
Niks.
Maar als het moet:
Dat rust heilig is.
En dat een goeie scheet meer zegt dan duizend woorden.


๐Ÿ’จ Einde van het interview

De journalist liep de kamer uit met tranende ogen.
Het behang liet langzaam los.
Huubje keek hem na, geeuwde en mompelde:

“Eindelijk weer stilte.”