Hoofdstuk 9 - Speeddaten met rampzalige resultaten

Gepubliceerd op 21 november 2025 om 00:18

โค๏ธ‍๐Ÿ”ฅ Hoofdstuk 9 - Speeddaten met Rampzalige Resultaten

(Of: hoe romantiek, waardigheid en frisse lucht allemaal tegelijk stierven, vermoord door een combinatie van slechte timing, een fee van twijfelachtige adviezen, en de algemene sfeer van een treinongeluk in slow motion)

 

Ik had de hele nacht zitten schrijven — of beter: ik had de hele nacht zitten staren naar mijn scherm alsof ik het ging hypnotiseren tot het eindelijk zélf een roman zou typen, een meesterwerk dat de literaire wereld op zijn kop zou zetten, maar in plaats daarvan kreeg ik alleen maar de spottende, knipperende cursor, een leeg document, en het groeiende besef dat mijn creativiteit ergens in een greppel lag te slapen met een lege fles goedkope whisky naast zich. Rond een uur of vijf ’s ochtends, toen de vogels voorzichtig begonnen te oefenen voor hun dagelijkse optreden, viel ik halfdood in slaap met mijn gezicht op mijn toetsenbord, waardoor ik wakker werd met de afdrukken van alle klinkers op mijn voorhoofd, een cryptisch bericht van het universum dat ik blijkbaar ‘aeiou’ was – wat misschien wel de enige literaire output van de nacht bleek.

En toen, precies op het moment dat mijn ziel even dacht dat rust een optie was, BOOM — Luma sprong op mijn bureau als een hyperactieve meteoriet vol glitter en ongefundeerd optimisme.

“GOEDEMORGEEEEN HUBEEEERTUUUUS!!!” riep ze, alsof ze live commentaar gaf op een paardenkoers waarvan alle paarden net amfetamine hadden gesnoven. “IK HEB EEN BRILJANT, GENIAAL, VOLMAAKT PLAN! JIJ EN VLADJE GAAN SPEEDDATEN VANAVOND!! HET WORDT EEN AVOND VOL VONKEN, VERBINDING EN ONGEMAKKELIJKE STILTES!”

Ik knipperde langzaam. Heel langzaam. Als een schildpad die overwoog om vandaag niet meer mee te doen en liever zijn eigen schelp van binnen wilde verven.

“NEE,” zei ik, mijn stem kraakte als een oude vloerplank onder het gewicht van deze nieuwe verschrikking.
“JA!” gilde Luma, en ze wierp een handvol glitter de lucht in die neerdaalde als confetti op een begrafenis.
“ABSOLUUT NIET,” mompelde ik, terwijl ik de eerste glitter van mijn wang veegde en overwoog ze op te vegen en terug te gooien.
“DEELNEMERS ZIJN AL INGESCHREVEN EN BETAALD!” kirde ze, en ze zwaaide met een bevestigingsmail alsof het een gewonnen oorlogsoorkonde was.
“LAAT MIJ STERVEN,” fluisterde ik tegen mijn koffiemok, die me alleen maar aanstaarde met het lege zwart van medeplichtigheid.

Het was te laat. De digitale formulieren waren al verzonden, onherroepelijk, als een pijl van Cupido die recht afging op een riool. Op mijn naam. En op Vladje zijn naam. Hij wist het alleen nog niet, wat het enige lichtpuntje was in deze aankomende apocalyps.

๐Ÿง›‍โ™‚๏ธ Vladje — de man die liever een begrafenis bijwoont dan een date

Toen Luma hém wakker maakte door luidkeels zijn gordijnen open te trekken (een daad van pure moed of zelfmoordneigingen), hoorde ik door de muur:

“WAT. IS. DIT.”

Zijn stem klonk niet als die van een net ontwaakte man, maar als die van een grafsteen die net was omgestoten.

“Speeddaten! Voor jou en Hubertus! Jullie aura’s hebben meer interactie nodig! En misschien vind je wel een leuke derde voor ons polycule!” zei Luma, onverstoord vrolijk.

Vladje zweeg even. Diep. Donker. Gevaarlijk, als een zwart gat dat overweegt om uit principe niets meer op te slokken.

Toen kwam er één zin, ijzig en vol van een eeuwenoude, opgebouwde ergernis: “Mag ik legaal van dimensie wisselen? Ik hoor dat er een paar zijn waar concepten als 'gezelligheid' en 'emotionele beschikbaarheid' strafbaar zijn.”

Geen antwoord.

“Fijn. Dan word ik gedwongen tot sociale interactie met mensen wier levensverwachting korter is dan de houdbaarheidsdatum van mijn minst favoriete soort bloed. Mijn weekend is officieel geannuleerd.”

๐Ÿš— De rit naar de speeddate — pure zelfhaat op wielen

Ik reed, mijn handen geklemd om het stuur alsof het mijn enige anker was in een zee van naderend onheil. Vladje zat naast me, gekleed in het zwart, met dezelfde uitdrukking die mensen hebben wanneer ze ontdekken dat hun favoriete bakker failliet is en de laatste croissant net verkocht is aan iemand anders. Moira zat direct achter me en fluisterde af en toe sterkte-spreuken in mijn nek die naar verbrande salie en medelijden rookten. Luma vloog door de auto alsof er zuurstof met korting lag en ze haar voorraad moest inslaan, terwijl ze voortdurend de GPS aanmoedigde "een romantischere route" te vinden. Huubje zat bij mijn voeten en mompelde, af en toe knabbelend aan de losse mat: “Dit wordt leuk… voor mij. Jullie ellende is mijn entertainment. Ik hoop dat er hapjes zijn.”

๐Ÿ’˜ Binnenkomst: Cupido’s Crematorium

Het speeddatelokaal was een soort buurtzaaltje dat rook naar goedkope parfum, frustratie en mislukte dromen die hier collectief kwamen om te sterven. Op elke tafel stond een roos, wat niet hielp — rozen sterven sneller in de buurt van Vladje, ze verwelken gewoon uit pure existentiële angst.

Vladje keek rond, zijn blik veegde de kamer schoon van alle vrolijkheid. “Is dit een datingevent of een emotionele kringloopwinkel?” mompelde hij. “Het ruikt naar wanhoop en te veel goedkope luchtverfrisser. Alsof iemand een triest feestje probeert te verbergen in een mortuarium.”

โค๏ธ Hubertus – Ronde 1 t/m 5 (of: mijn emotionele afsterving in vijf bedrijven)

Ronde 1 – De Krullenbol

Een klein vrouwtje met krullen als een wolk in paniek en ogen die zo wijd open stonden dat ik me afvroeg of ze ooit knipperde. Ze leek aangedreven door een interne reactor op pure, onverdunde zenuwen.

“HALLO! IK BEN FEMKE! IK DANS! IK REN! IK HEB EIGENLIJK GEEN TIJD OM TE ZITTEN, MAAR HIER BEN IK TOCH! WAT DOE JIJ?”

Ik knipperde drie keer, langzaam, alsof mijn ogen probeerden te resetten in de hoop een andere realiteit te zien. “Momenteel? Overleven. Het is een fulltime baan, met onregelmatige uren en een belabberd pensioensplan. Mijn belangrijkste taak op dit moment is het verdragen van deze avond.”

Ze lachte, een scherp, mechanisch geluid. “HA! GRAPPIG! JE BENT ZO ORIGINEEL! ZO DONKER! ZO... INTENS!”
Ik huilde vanbinnen, een stille, bittere traan die oploste in de zee van mijn algemene malaise. Ze rende weg voordat de bel ging, waarschijnlijk om nog drie andere afspraakjes in te passen voor de yoga-sessie.

Ronde 2 – DE SCHRIK: Moira

De bel ging. Ik slikte, bereidde me voor op de volgende catastrofe. Toen draaide de stoel zich om. En daar zat ze. Moira. Een glimlach op haar gezicht die iets te veel tanden liet zien en leek op die van een poes die net een kanarie heeft gevangen. Mijn hart deed iets wat leek op een combinatie van een sprong en een acute hartaanval.

“Moira?!” piepte ik. “Wat doe jij hier?”

“Een vrouw mag zich ook eens vermengen met het datingwereldje, Hubertus,” zei ze, haar ogen fonkelend met amusement. “Ik wilde het perspectief eens van de andere kant ervaren. En ik dacht: wie beter om mee te oefenen dan met jou? We kennen elkaar al.”

Ik voelde het zweet op mijn voorhoofd. Dit was erger dan die krullenbol. Dit was een heks die mijn koelkastindeling bekritiseerde. Sarcasme was mijn enige verdediging.

“Ah,” begon ik, mijn stem vond iets van zijn oude kracht terug, aangedreven door pure paniek. “Dus dit is een oefensessie? Zoals een vuurdril, maar dan voor emotionele zelfmoord? Geweldig. En, vind je mijn aura al romantischer nu ik duidelijk zichtbaar in doodsnood verkeer?”

Ze leunde naar voren. “Je hartslag is interessant. Snel, maar niet op de goede manier. Meer de 'er-landt-een-UFO-in-mijn-tuin'-snelheid.”

“Dat komt omdat ik me afvraag of je een beschermspreuk in je handtas hebt voor het geval deze date te goed gaat,” antwoordde ik.

Ze grinnikte, een low, resonerend geluid. “Wees niet bang, jongen. Ik bijt niet. Tenzij de maanstand juist is. En de koffie op is. En je mijn laatste koekje hebt genomen.”

“Gelukkig houd ik niet van koekjes,” loog ik. “Ik heb gehoord dat ze zijn vervloekt door heksen om mannen emotioneel afhankelijk te maken.”

Haar glimlach werd breder. “Slimme jongen. Maar je zou verbaasd staan wat ik in de chocomel kan doen.” De bel redde me. Ze stond op, tikte op mijn schouder. “Tot later, Hubertus. Dit was... verhelderend.” Ik bleef achter, diep getraumatiseerd en 100% zeker dat ze nu een pop van vlas had die op me leek.

Ronde 3 – De Altijd-Te-Vrolijke

Ze lachte zo luid en onnatuurlijk dat mijn ziel een stapje terugdeed en overwoog de kamer te verlaten.

“Ik geloof in positiviteit! Het is een keuze! Zie jij jezelf als een drankje of als een snack? Ik ben zelf een glitterende mocktail met een vleugje oneindige mogelijkheid!”

Ik, terwijl ik naar mijn eigen lege ziel staarde: “…Ik zie mezelf meer als een uitgebrande lucifer. Doet even pijn als je me aansteekt, en daarna is het vooral rook, teleurstelling en de geur van verbrande kansen.”

Ze lachte opnieuw, alsof ik net de grap van het jaar had gemaakt. “HAHA! ZO ECHT! ZO AARDS! JE HEBT EEN KRACHTIGE AURA VAN... HERSTEL!”
Ik kreeg hoofdpijn die aanvoelde alsof er een kabouter met hamertjes in mijn slaap zat te timmeren.

Ronde 4 – De Kristallenfluisteraar

Ze legde een steen op tafel met de plechtigheid van een priester die een relikwie toont.

“Deze amethist vangt je energie. Hij trekt al direct een interessante, grijze waas aan. Veel mentale mist, hè? Veel 'wat doe ik hier' energie.”

Ik keek naar de steen. De steen leek terug te kijken met een uitdrukking van diepe, stille wanhoop. Ik kon bijna horen hoe de steen vanbinnen stierf en wenste dat hij gewoon een doodgewone kiezel was gebleven. “Hij ziet eruit alsof hij liever in een tuin had gelegen,” merkte ik op. “In de regen. Vergeten. Gelukkig.”

Ronde 5 – De Stilte

Ze zei niets. Alleen maar een glimlachje, een klein schouderophaling. Ik zei niets. Ik gaf haar een knikje van wederzijds begrip. Het was de beste, meest oprechte en diepzinnige ronde van de avond. Ik overwoog even om een trouwring tevoorschijn te toveren.

๐Ÿฅ€ Vladje – vijf rondes van pure sociale horror

Ronde 1 – De Bloemenvrouw

Ze rook naar compost en emotionele trauma's die nooit zijn verwerkt. Ze had letterlijk takjes in haar haar, alsof ze net een ongelukkig ongeluk met een heg had gehad.

“Ik werk met de energie van planten,” zei ze met een dromerige blik. “Ik voel hun pijn.”

Vladje keek haar aan, zijn blik was een mes. “Je lijkt zelf meer op een vergeten kamerplant in de hoek van een wachtkamer. Iemand heeft je water gegeven met tranen en je bent vergeten te snoeien.”

Ze glimlachte, waarschijnlijk dacht ze dat het een compliment was. Hij niet.

Ronde 2 – De Vrolijke Vegan

“Ik eet geen dingen met een gezicht! En eigenlijk ook niets met een schaduw! Alles moet puur en licht zijn!”

Vladje staarde haar aan, zijn ogen werden donkerder dan een maanloze nacht in Transsylvanië. “Ik ben letterlijk samengesteld uit schaduw. En ik heb periodes gekend waarin ik uitsluitend dingen met een gezicht at. Meerdere. Soms tegelijk.”

Ze schreeuwde het niet uit, maar maakte een klein, angstig piepgeluid en rende weg voordat de bel ging.

Ronde 3 – De New-Age-Danseres

Ze draaide, zwaaide, ademde luid en theatralisch.

“Voel je mijn trilling? Mijn kosmische frequentie?”

Vladje, onbewogen: “Ja. Het trilt op een frequentie die ik het liefst omschrijf als 'acute, brandende irritatie'. Zet u alstublieft stil voordat u iets omstoot of een dimensionaire scheur veroorzaakt.”

Ronde 4 – De Overenthousiaste Tinder-overlever

“Ik ben al op 120 dates geweest dit jaar! Ik zie het als een nummerspel! De wet van de grote aantallen!”

Vladje: “En toch zit je hier, in dit zaaltje, tussen dezelfde hopeloze zielen. Fascinerend. Het is alsof je Sisyphus bent, maar dan met slechte profielfoto's en een burn-out in plaats van een rots.”

Ronde 5 – De Fluisteraar

Ze fluisterde bij élke zin, alsof we midden in een bibliotheek zaten in plaats van een luidruchtige zaal.

“Ik… hou… van… zacht… praten… het… is… zo… intiem…”

“Fantastisch,” zei Vladje met een vol, hoorbaar stemgeloof dat haar fluistering wegvaagde als een storm. “Dan kan ik net doen alsof ik je niet hoor en in mijn eigen hoofd een plek overweeg waar het stil is. Echt stil. Zoals een tombe. Een hele fijne tombe.”

๐Ÿ˜‚ Huubje – mascotte van ellende

Hij zat onder de tafel, als een stekelige schim van chaos. Hij beet zachtjes in mijn broekspijp, niet genoeg om stof kapot te maken, maar genoeg om zijn aanwezigheid kenbaar te maken. Hij blies op de enkels van voorbijgaande vrouwen, die dan nerveus om zich heen keken. Hij lachte, een zacht, grommend geluid, vooral wanneer iemand een bijzonder ongemakkelijke opmerking maakte.

Op een bepaald moment riep een vrouw met een angstkreet: “IK HEB EEN DIER GEVOELD! HET RAAKTE MIJN ENKEL! HET VOELDE... STEKELIG EN OORDEELEND!”

Ik, zonder op te kijken van mijn lege glas water, zei: “WAARSCHIJNLIJK EEN TOCHTJE. OF EEN SPOOK. DIE ZIJN HIER VAAK. OF MISSCHIEN UW EIGEN ONDERDRUKKENDE VERLANGEN OM TE VLUCHTEN.”

โœจ Luma – slechte hulp in 4D

Ze probeerde ons vanaf de zijlijn te coachen, zwevend boven de grond, wat extra aandacht trok.

“GLIMLACH, HUBERTUS! LAAT ZIEN DAT JE BENADERBAAR BENT!” riep ze.

Ik trok mijn lippen omhoog in een stijve, onnatuurde grijns die aanvoelde alsof mijn gezichtsspieren in staking gingen. Het leek op een spasme van iemand die net een elektrische schok heeft gekregen.

“WEES OPEN, VLADJE! DEEL JE HART!” schreeuwde ze tegen hem.

Hij bleef gitzwart, een levend, ademend zwart gat van ongenaakbaarheid. “Mijn hart is een donkere, stoffige kamer waar al eeuwen geen licht is binnengedrongen,” bromde hij. “En ik heb de sleutel verloren.”

Ze strooide voor de 'gezelligheid' glitter in onze koffie. Mijn tong glitterde de rest van de avond, alsof ik een disco-bal had gelikt. Vladje kreeg een hoestbui die klonk als een stervende kraai die probeert een stukje metaal op te hoesten. “Ik proef regenbogen,” hoestte hij. “En walging.”

๐Ÿงน Moira – mijn emotionele bodyguard (en tegenstander)

Ze zat aan de bar als een heks die elk moment iemand zou vervloeken ter verdediging, haar bezem naast zich alsof het een ceremonieel zwaard was. Maar na onze date leek haar blik nog scherper, alsof ze me nu beoordeelde op mijn prestaties.

Telkens als een andere vrouw té hard lachte naar mij of een te opdringerige vraag stelde, tikte Moira met de steel van haar bezem op de grond en siste ze in mijn richting, net hard genoeg om te horen: “Rustig, poes. Hij is breekbaar. En ik heb geen toestemming nodig voor een kleine gedaanteverwisseling.” Het voelde minder als bescherming en meer als een waarschuwing van een eigenaar tegen andere potentiële kopers.

๐Ÿ’€ Het Einde – De Organisator Belde Zijn Eigen Hemel

De organisator, een man genaamd Barry met een zweetparel op zijn voorhoofd die daar permanent leek te huizen, liep rond, compleet overstuur.

Er was glitter op plekken waar glitter nooit hoorde te zijn. Er hingen geuren in de lucht die nooit geregistreerd waren door de mensheid, een mix van Vladjes eeuwenoude cynisme, Luma's etherische parfum, de geur van verbrande hoop en Moira's salie. Er huilde iemand zachtjes in een hoekje. Er werd gebeden, hardop, om een snelle afloop.

En toen, nadat Vladje tegen Barry zelf had gezegd dat zijn "aura aanvoelde als een leeg pakketbezorgdepot op een maandagochtend", klonk het:

“WE STOPPEN!” riep Barry, zijn stem brak. “IEDEREEN NAAR HUIS! HET IS VOORBIJ! CUPIDO IS DOOD!”

๐Ÿ  Thuis – waar mislukking thuishoort

Wij zaten op de bank, als een verslagen leger teruggekeerd van een oorlog die we nooit hadden willen voeren. Ik met een kop thee die naar troost en nederlaag smaakte. Vladje met een mok warme choco, waar hij stiekem een scheut van iets sterkers in had gedaan, zwaar getraumatiseerd. Moira met een bezem die ze nog steeds dreigend vasthield. Luma met een zak glitter, klaar om de volgende catastrofe op te fleuren. Huubje met een koek die hij had gestolen van de bar, tevreden kauwend.

Vladje keek me aan en zei: “Als dit jouw idee was van sociale vooruitgang, Hubertus, dan is de maatschappij definitief verloren. We hebben vanavond geen liefde gevonden, alleen maar bewijs dat de mensheid een collectieve hersenschudding heeft. En dat Moira een verrassend geniepig gevoel voor humor heeft.”

Luma zei, terwijl ze een glitterwolk de kamer in blies: “Ik vond het romantisch! Al die harten die klopten! Al was het vooral van angst! En jij en Moira hadden zulke leuke spanning!”

Moira: “Je hebt het geprobeerd, Hubertus. Dat is al iets. De meeste mensen zouden zijn gevlucht. Jij bent gebleven. Dat getuigt niet van intelligentie, maar wel van karakter. En je sarcasme was... adequate zelfverdediging.” Het klonk bijna als een compliment.

Huubje, die de laatste kruimel van zijn buit oplikte: “Volgende keer neem ik meer snacks mee. Jullie emotionele ineenstorting maakt me hongerig. Die Moira-date was het hoogtepunt. Ik dacht dat je ging flauwvallen.”

Ik leunde achterover, staarde naar het plafond alsof ik daar de antwoorden op het leven zou vinden, en dacht, met de kalmte van iemand die de bodem heeft bereikt: “Volgende keer blijf ik gewoon slapen. Of ik verhuis. Verhuizen is ook een optie. Naar een kluis. Zonder brievenbus.”